Kikkers – Dier van de maand

Wonend in een zelfverklaard kikkerland weet je dat kikkers overal in het land te vinden zijn. Maar wat is er aan de hand nu het luide gekwaak van de afgelopen maanden verstomd is? In het water is nu te zien waar al dat kabaal goed voor was: kikkervisjes.

Jonkies

Hoewel kikkers voornamelijk op het land leven, in vochtige omgeving met water bij de hand als vluchtplaats, leggen ze hun eitjes in het water. Sloten en poelen met schoon water zijn hun favoriete plekken en dus hebben ze het in Park Lingezegen naar hun zin.

Met de kwakerij van de groene kikkers en het minder luide grommige geluid van de bruine, lokten de mannetjes de vrouwtjes en zodoende kwamen de wolken glibberig kikkerdril in het water. Ook padden deden mee. Hun eieren worden afgezet in de vorm van een lang snoer. De kikkerdril van de bruine kikkers bestaat uit grotere klonten dan die van de groene. Padden en kikkers worden tegenwoordig gezien als één groep, alle jonkies heten nu kikkervisjes.

Kikkervisjes - Foto: Johan Wieland

Kikkervisjes – Foto: Johan Wieland

 

In de zomer groeien de kikkervisjes van speldenknopjesformaat tot iets wat op visjes lijkt en steeds meer een kikker wordt. In enkele weken verandert alles aan hen: dat de kieuwen en staart verdwijnen en er pootjes groeien is goed te zien voor wie er op let. Maar de metamorfose is veel breder: ook het spijsverteringsstelsel, de kaak en het zenuwstelsel gaan op de schop. Uiteindelijk  zijn het kleine kikkertjes die de oever opkruipen om verder volwassen te worden. Ze hebben dan ook de bolle ogen op hun kop waarmee ze naar alle kanten kunnen kijken. Die omwenteling vindt nu plaats. Van padden en bruine kikkers eerder dan van groene kikkers.

Kikker in een poel - Foto: Youri Jongkoen

Kikker in een poel – Foto: Youri Jongkoen

 

Vraatzucht

De vele duizenden eitjes van één eierwolk leveren geen vele duizenden kikkers op, gelukkig. Een flink deel van de eitjes en kikkervisjes dient als voedsel voor vissen, salamanders en waterinsecten als de geelgerande watertor of de larven van libellen. Dat zijn ware roofdieren in de periode dat ze zich onder water ontwikkelen tot libel. Ze bijten ook venijnig in een mensenvinger als die binnen hun bereik komt. Dat is best even schrikken, kan ik je vertellen.

Ondanks deze vraatzucht van hun medewatergenoten, blijven er nog heel wat kikkers over. Die overdaad aan eitjes en jonkies helpt mee aan bestaan van veel andere soorten.

Kikkers staan wel op de lijst van beschermde diersoorten. Ze mogen dus niet zomaar uit de natuur worden meegenomen.

Het kikkerland blijft dus gewoon een kikkerland. Zolang de sloten en poelen, en de natte natuur eromheen, in stand blijven.

Margreet Jellema

 

Misschien vind je deze berichten ook interessant